Hoe ik snel werk zonder te haasten
Een kijkje achter de schermen – van voorbereiding tot overdracht
Ik sta er vaak van te kijken hoeveel tijd er in “even snel iets maken” gaat zitten.
En toch hoor ik het geregeld:
“Jij werkt snel, dat is fijn.”
“Je levert iets aan en het klopt gewoon.”
Dat klopt ook. Maar dat is niet omdat ik haast maak.
Het is omdat ik goed voorbereid werk. En omdat ik onderweg blijf controleren.
Snel werken is voor mij: zorgen dat je niet opnieuw hoeft te beginnen.
En dat begint veel eerder dan bij de zaagmachine.
Eerst kijken. Dan pas doen.
Voordat ik aan een opdracht begin, kijk ik wat het eindresultaat moet zijn.
Niet alleen esthetisch, maar vooral: wat moet het kunnen? Waar komt het te staan? Hoe wordt het gebruikt?
Dan stel ik mezelf vragen:
- Wat zijn de maatvaste elementen?
- Wat moet demontabel blijven?
- Welke volgorde van werken zorgt voor zo min mogelijk vertraging op locatie?
Ik wil alles al een keer in mijn hoofd gebouwd hebben voordat ik m’n potlood pak.
Dat is geen extra stap. Dat is juist de reden dat het later snel gaat.
Tekenen alsof iemand anders ermee moet bouwen
Of ik nu zelf ga bouwen of het overdraag aan anderen – mijn tekeningen moeten duidelijk zijn.
Ik zorg dat alles erin zit wat je moet weten om zelfstandig aan de slag te kunnen. Zonder dat je mij hoeft te bellen.
- Heldere maten
- Logische opbouw
- Referentiepunten
- Aandacht voor wat flexibel is en wat vastligt
Want niks is zo traag als twijfel.
Mijn werktempo komt uit de werkvolgorde
In m’n hoofd bouw ik altijd van grof naar fijn.
Eerst de grote vorm, dan de details. Eerst structuur, dan afwerking.
En ik hou rekening met de volgorde waarin dingen moeten gebeuren – fysiek én logisch.
Zo voorkom ik dat ik:
- iets moet demonteren om erbij te kunnen
- onderdelen dubbel zaag omdat ik ze verkeerd had ingeschat
- tijd verlies aan zoeken of schuiven
Door die volgorde vooraf te bepalen, werk ik vloeiend. En dat lijkt dan snel.
Zelf controleren is geen wantrouwen, het is vakmanschap
Ik controleer mijn werk onderweg. Altijd.
Niet pas op het eind, want dan ben je te laat.
Dat betekent:
- Nog een keer de tekening erbij pakken vóór ik ga zagen
- Even checken of die wand echt haaks staat vóór ik begin met montage
- Een fout toegeven zodra ik ‘m zie – ook al is het nog net op tijd te herstellen
Het kost een paar minuten. Maar het voorkomt uren herstel.
Werken alsof ik morgen weg ben
Ik werk vaak samen met anderen. En zelfs als ik alleen werk, weet ik:
de volgende stap is voor iemand anders. Die moet snappen wat ik gedaan heb.
Daarom zorg ik voor overdraagbaarheid:
- duidelijke labeling
- logische nummering
- spullen zo opgeruimd dat de volgende meteen kan starten
Zodat niemand hoeft te raden. En zodat het blijft kloppen, ook als ik er niet meer ben.
Dus ja: ik werk snel. Maar niet omdat ik haast heb.
Ik werk snel omdat ik:
- denk voor ik doe
- duidelijk teken
- logisch plan
- onderweg blijf controleren
- en werk overdraag alsof het niet van mij is
Dat is geen talent. Dat is een manier van werken.
En dat maakt het verschil.